7. Wat als de bevalling anders loopt?

Een keizersnede

7. Wat als de bevalling anders loopt? > Een keizersnede

keizersnede

Waarom een keizersnede?

Zo’n 10-15 % van de vrouwen die hun eerste kindje krijgen, bevallen met een keizersnede. Een keizersnede is een operatie, waarbij de baby via een snee in de onderbuik wordt geboren.

Een keizersnede is een ingrijpende operatie en er wordt ook niet zomaar voor een keizersnede gekozen. Het is mogelijk dat een vaginale bevalling te risicovol is voor jou en je kindje. Bijvoorbeeld als je baby dwars ligt of wanneer de placenta voor de uitgang van de baarmoeder ligt. In dat geval verwijst de verloskundige je door naar een gynaecoloog. In overleg met jullie kan er gekozen worden voor een keizersnede. Weet dat in deze gevallen een keizersnede de enige mogelijkheid is om je kindje gezond en wel op de wereld te zetten. En het maakt je zeker niet minder moeder dan wanneer je vaginaal bevalt!

Er zijn ook situaties waarbij je zelf kunt kiezen voor een keizersnede of vaginale bevalling. Deze keuze is helemaal aan jou! Denk aan situaties waarbij:

  • Je baby in een stuitligging ligt (je kunt dan nog steeds vaginaal bevallen, maar de kans op complicaties is groter).
  • Je baby een afwijking heeft, waardoor een vaginale bevalling moeizamer kan zijn.

Als er tijdens de bevalling blijkt dat natuurlijk bevallen niet verder mogelijk is, doordat er bij jou of bij je baby complicaties optreden, kan er gekozen worden voor een spoedkeizersnede. 

Als je bang bent voor pijn tijdens de bevalling en daardoor liever een keizersnede wilt, onthoud dan goed dat een keizersnede een ingrijpende operatie is. Het is aan te raden om je zorgen en angsten rondom de bevalling met je verloskundige te bespreken. Om daarin hulp te zoeken, zodat je je op de juiste manier en met vertrouwen in je lichaam kunt voorbereiden op een vaginale bevalling. 

Hoe verloopt een keizersnede?

Een keizersnede wordt (als er geen sprake is van spoed) ingepland. Je neemt op de afgesproken dag je vluchttas mee naar het ziekenhuis. Hou er rekening mee dat je twee tot drie dagen moet blijven.

Na de laatste controles krijg je in de meeste gevallen een ruggenprik (algehele narcose is ook mogelijk, maar minder gebruikelijk). Met een ruggenprik voel je niks van de keizersnede, maar krijg je alles wel bewust mee. Je krijgt ook een blaaskatheter om je blaas te legen.

Hierna zal de gynaecoloog een snee maken van zo’n 10 – 15 cm onderaan je buik, net boven de grens van je schaamstreek. De gynaecoloog opent de baarmoeder en haalt jullie kindje uit je buik. Vanwege infectiegevaar is het niet mogelijk dat jij of je partner de navelstreng doorknipt. Dit doet de gynaecoloog zelf. Soms is het mogelijk om zelf je kindje aan te pakken.

Als jullie kindje is onderzocht, wordt hij of zij bij jullie gelegd. Ondertussen zal de gynaecoloog de snede hechten.

Een keizersnede duurt 30 – 45 minuten, waarbij na zo’n 5 minuten je kindje al wordt geboren.

In vrijwel alle ziekenhuizen mag je partner bij de keizersnede aanwezig zijn. Je kunt ervoor kiezen om tijdens de keizersnede mee te kijken. Vind je dat een onprettig idee, dan wordt er een scherm geplaatst, zodat je geen zicht hebt op je buik.

Gentle Sectio

Veel ziekenhuizen bieden tegenwoordig Gentle Sectio aan, ofwel een ‘vriendelijke keizersnede’. Hierbij worden de omstandigheden van een natuurlijke bevalling zo veel mogelijk nagebootst. De temperatuur in de operatiekamer is warmer, de lichten zijn meer gedimd en je mag je eigen muziek opzetten.

De gynaecoloog neemt de tijd, zodat de baby – net als bij een vaginale bevalling – zelf uit de buik kan ‘kruipen’. Dit is voor een baby een zachtere overgang van de baarmoeder naar de buitenwereld. Daarna wordt je kindje bij je gelegd en kunnen jij en je partner uitgebreid de tijd nemen om van dit moment te genieten.